Jan Ruigrok

Het gevoel van onveiligheid van leerlingen was al groot door de coronacrisis. Mentaal had de jeugd het al zwaar te verduren. Nu is daar het oorlogsgeweld in Oekraïne bijgekomen dat elk moment van de dag binnenkomt via de (social) media. Wat vergt dit van leraren en van hun pedagogisch vakmanschap? Een column van Jan Ruigrok, netwerkpartner van KPC Groep.

 

Door Jan Ruigrok

"Veilige vertrouwde basissen lijken één voor één om te vallen. Onveiligheid en onzekerheid nemen aan alle kanten toe. De veilige plek die de aarde is staat onder druk; er wordt gedreigd met het inzetten van kernwapens, leerlingen zien de meeste elementaire menselijke waarden met voeten getreden worden. Naarmate die veilige basissen wegvallen, wordt de plaats van de school als veilige basis des te belangrijker. Een herberg in een vliegende storm, een plek waar je rust, wijsheid en zekerheid kunt vinden én waar je je kunt opladen om dat te doen wat nodig is en binnen je bereik ligt, of liefst: net even daarbuiten."

‘Parkeren van eigen twijfels en onzekerheden’

"Niet alleen leerlingen hebben het zwaar te verduren: leraren, ouders en andere betekenisvolle volwassenen niet minder. Wat jonge mensen nodig hebben zijn mensen die hoop en vertrouwen bieden en voorleven. De vraag voor leraren is daarbij hoe zij hun eigen twijfels en onzekerheden kunnen ‘parkeren’ op hun werk en tegelijkertijd oprecht betrouwbaar en eerlijk overkomen op die kinderen en jongeren die hen zo hard nodig hebben. Het maakt van de leraar een betrouwbare medereiziger in plaats van iemand die precies weet hoe vork in de steel zit. Iemand die vertrouwen geeft dat mensen met elkaar de beste antwoorden in zichzelf kunnen vinden. Wat daar bijkomt, zijn de bizarre kattensprongen die mensen in het nauw maken. Verhalen over buitensporig en onbegrepen leerlinggedrag hoor ik de laatste maanden meer dan ooit. Ook dat vraagt veel van leraar. Als je niet uitkijkt, leidt dat tot repressie en disciplinering die zelfs van de school een minder veilige basis maakt."

Energie

"Die kattensprongen ontstaan doordat roerige tijden als deze enorme hoeveelheden energie opleveren. Energie die in feite pure overlevingskracht is: de vecht-, vlucht- of verstar-reactie in extreme vorm. Je kunt die energie inzetten om te bouwen óf om te slopen. Onderdrukken ervan is ronduit gevaarlijk; dat slaat naar binnen en leidt tot depressie en zelfvernietigend gedrag. Je moet er iets mee en zoeken hoe je energie de constructieve kant op kan sturen. Doe je dat niet, dan kan het leiden tot geweld, gericht tegen anderen of tegen de maatschappij."

De leraar als herbergier én wisselwachter

"Scholen die zich inzetten om die energie een goede kant op te sturen, zoeken naar acties waarmee kinderen en jongeren een bijdrage leveren aan het vervullen van hun behoeften die op dit moment zo onder druk staan. Het liefst op een manier waar iedereen beter van wordt. Het maakt van de leraar naast herbergier een wisselwachter: iemand die de energie de goede kant op leidt."

Centrale vragen

"Je kunt daarbij een stappenplan voor ogen nemen met vier centrale vragen. De eerste vraag: waaraan zien we dat wat er gebeurt onze leerlingen raakt? Wat zijn hele concrete, objectief waarneembare signalen? Vraag twee luidt: tot welke problemen, tot welk gevaarlijk en ongewenst gedrag leidt dit? Wie worden geschaad, welke behoeften staan onder druk? Denk aan veiligheid, vertrouwen, rust, geborgenheid, zekerheid, hoop en ga zo maar door. De derde vraag die je hieruit kunt afleiden is: wat zijn de meest belangrijke behoeften van onze leerlingen op dit moment? Die kunnen heel breed en uiteenlopend zijn, en vaak lastig door leerlingen te formuleren. Denk aan aandacht, (zelf)vertrouwen, liefde, (fysiek) contact. In plaats van ernaar te vragen helpt het meer leerlingen elkaar hun verhalen te laten vertellen en naar elkaar te laten luisteren in open, niet al te veel gestuurde gesprekken. Als het even kan zonder de directe aanwezigheid van een leraar of begeleider. Hieruit kom je tot de vierde vraag: wat kunnen we doen om een bijdrage te leveren aan het vervullen van die behoeften? We hebben het dan over concrete, meetbare en zichtbare doelen en strategieën. Zo’n actie kan bijvoorbeeld zijn het samen een uur lang helemaal goed hebben met elkaar; niets meer en niets minder. Laat de antwoorden uit henzelf komen en faciliteer het uitvoeren van de acties die uit de leerlingen zelf komen."

"Tot slot, volwassenen, onder wie leraren met hun speciale positie, kunnen een rol spelen bij het in constructieve banen leiden van die energie. Zet leerlingen in actie, laat hen acties opzetten en uitvoeren. Het geeft een gevoel van betekenis en invloedsbesef. Een waardevol goed, zeker wanneer er troostende aandacht aan vooraf gegaan is."